Toerist in Heilige Stede Hasselt
Geplaatst op: 18 juli 2017

Hasselt en Amsterdam zijn de enige twee ‘Heilige Stedes’ van Nederland. De middeleeuwse bedevaartgangers zijn nog niet vervangen door drommen toeristen, maar interesse in het opmerkelijke verleden van de Hanzestad is er zeker. Hasselt Actueel is een dagje toerist in eigen stad.
Heleen Eenkhoorn van Hanzestad Hasselt Marketing gooit in de oude werkplaats aan de Kaai een kan koffie weg. De kwaliteit is niet goed genoeg voor gasten en Eenkhoorn doet een nieuwe poging. Het resultaat serveert ze even later, terwijl ze vertelt dat het toeristenseizoen goed op gang is gekomen. Steeds meer groepen boeken een van de arrangementen van Hanzestad Hasselt Marketing. Populair is bijvoorbeeld Hoog op Zolder, een rondleiding door de hoogste punten van de Grote Kerk. Ook Kerk, Klooster en Kapel trekt steeds meer bezoekers.
Wie op de bonnefooi of volgens de route van een arrangement door Hasselt loopt, raakt altijd onder de indruk van de stad, zegt Eenkhoorn. “Vaak zijn mensen verbaasd over hoe mooi Hasselt is. Dat zie je aan de buitenkant ook niet aan de stad af. Daarom is het mooi dat er straks borden staan die passanten daar op wijzen.” Vervolgens kunnen ze bij Tip Hasselt in het Oude Stadhuis en de Oude Werkplaats van Hasselt Hanzestad Marketing terecht voor meer toeristische informatie.
Bij de werkplaats loopt Henk Dekker binnen. Hij is als ambtenaar van de gemeente nauw betrokken bij de cultuur en het erfgoed in Hasselt en ook stadsgids in eigen stad. Tijdens een wandeling met hem horen toeristen verhalen die veel Hasselters vermoedelijk ook niet kennen. “Veel mensen denken dat hier 1997 staat, maar de eerste 9 is een q en staat voor quattro”, legt Dekker bijvoorbeeld uit bij een muursteen in de Grote Kerk. Die stamt dus uit 1497, wil hij maar zeggen. De deur van de kerk is vandaag gesloten.
Iets verderop stopt Dekker bij Restaurant de Herderin. Niet voor een kop koffie of een aantrekkelijke doordeweekse lunch, maar voor een volgend verhaal. Dominee Zacharias Spies speelt daarin de hoofdrol. “Toen de kerktoren van de Grote Kerk bij een grote brand in 1725 verloren ging, zamelde hij geld in voor de restauratie. Naar verluid verdween een deel van de opbrengst in de zak van Spies en daarmee kocht hij wat nu De Herderin in. Die naam verwijst naar de vrouw van Spies die na zijn dood in het huis woonde: de vrouw van de ‘herder’ dus.”
De brand in de toren was het gevolg van een blikseminslag, opmerkelijk genoeg gebeurde dat een paar honderd kilometer zuidelijker op precies dezelfde dag ook in het Belgische Hasselt. Over toeval bestaat niet gesproken. Dekker wandelt verder en stopt weer bij modewinkel Rosedale. Niet bepaald een historisch gebouw van formaat, zo doet de gevel vermoeden, maar Dekker doet nog een paar stappen naar rechts. Daar is een lange historie toch zichtbaar. “Dit is de voormalige katholieke kerk die werd gesticht in het middeleeuwse Heilige Gasthuis. Begin 20e eeuw verhuisden de katholieken weer naar de plek van de historische Heilige Stede. In die tijd waren er plannen voor een tramlijn door de Hoogstraat en de toren van de kerk hinderde de vrije baan”, vertelt Dekker.
Met zijn anekdote zijn de woorden ‘Heilige Stede’ gevallen. Vroeger kwamen daar veel bedevaartgangers uit de regio op af. “Het verhaal gaat dat in Hasselt tijdens een gevecht met een priester ooit een hostie op de grond is gevallen, waarna als boetedoening een kerk moest worden gebouwd. Die groeide daarna uit tot een heilige plek.”
Een bezoek aan die historische locatie is het einddoel van de wandeling. Dekker loopt langs de kapel van het Heilige Geestgasthuis met de zeven armenhuisjes naar de Prinsengracht. Aan de overkant wijst hij naar de restanten van het oude Mariaklooster. “Een zusterhuis van de Moderne Devotie”, vertelt Dekker over de religieuze beweging die zijn oorsprong vindt in Overijssel. Zwollenaar Thomas a Kempis is de beroemde voorman. “Ook die ging regelmatig op bedevaart naar Hasselt. Dan logeerde hij bij de zusters in het klooster.”
Bij het statige voormalige woonhuis van de familie Mulert, beschermheren van de Moderne Devotie, slaat Dekker linksaf. Dan komt hij uit in de Eikenlaan. De moderne Hasselter weet niet beter dan dat deze straat altijd heeft bestaan, maar in werkelijkheid is het de eerste uitbreiding van de stad buiten de grachten. De eerste woningen stammen uit de jaren dertig. Daarvoor stroomde daar nog het water van een gedempte stadsgracht.
Aan diezelfde Eikenlaan stapt Dekker een tuin in, zoals ook veel wandelaars van het Jabikspaad uit Friesland en het Jacobspad uit Groningen dat doen. Dat zijn beide wandelingen die vroeger bedevaartsgangers naar Santiago de Compostela volgen. In ieder geval op elke dinsdagmiddag is de tuin open. Wie die betreedt, komt op de plek van de historische Heilige Stede. Veel gelovigen komen hier op de tweede zondag na Pinksteren samen voor het feest van de Hasselter Aflaat, de bedevaart die aansluit bij de middeleeuwse katholieke traditie.
Dekker loopt om de kerk heen en belt, volgens afspraak, aan bij de consistorie. Daar woont al enige tijd vrijwillig assistent-pastor Van der Sman. De geboren Rotterdammer werkte lang in Twente en later in Oldemarkt. Hij is ondertussen helemaal ingeburgerd in Hasselt, waar hij bijvoorbeeld lid is van het brugwachtersgilde. Zijn woning is een museum op zich. Aan elk onderdeel van het interieur kleven lange verhalen.
Van der Sman gaat voor naar de kerk en vertelt ondertussen dat Hasselt niet zo bekend is als bedevaartsoord. “Als ik vertel dat ik tegenwoordig in Hasselt woon, moet ik altijd uitleggen waar het ligt. Toen deze kerk werd gebouwd, was er op gerekend dat de bedevaart weer op gang zou komen. De verwachting was dat veel mensen deze plek zouden bezoeken, maar dat is nooit gebeurd. Ook katholieken kennen het bedevaartsverleden niet. Toch wonen we op historische grond waar heel veel is gebeurd.”
In de consistorie van de kerk toont Van der Sman schilderijen van onder meer de grondleggers van de huidige katholieke kerk en oude kelken. Dan opent hij de deur naar de kerk. Van der Sman drukt even op een lichtknop, zodat het Mariabeeld beter zichtbaar is. De rust is zoals dat hoort in een kerk mystiek. Het zonlicht valt mooi naar binnen. Een plek om urenlang in een bankje te zitten, zo lijkt het. “Daarvoor ben ik veel te onrustig”, glimlacht Van der Sman echter.
Onderweg terug naar de Oude Werkplaats vertelt Dekker dat de interesse in het religieuze verleden toeneemt, maar dat het verhaal nog beter moet worden uitgedragen. De acties rondom Refo 500 zijn daar wel een goed voorbeeld van. “Ik denk dat veel mensen uit de regio Hasselt ook nog kunnen ontdekken. Zwollenaren of Kampenaren die de stad bezoeken, zijn altijd verrast door wat ze hier aantreffen.”